Een geplastificeerde boekenlegger.
I love my Pekingese. Met een uitgebreid verhaal over dit kittige hondje.
Afm. 5,3 x 13,5 xm.
Logprijs *incl* verzendkosten 2 Euro.
Uniek voor Nederland (maar 1 exemplaar).
Over mezelf en andere dieren
Een geplastificeerde boekenlegger.
I love my Pekingese. Met een uitgebreid verhaal over dit kittige hondje.
Afm. 5,3 x 13,5 xm.
Logprijs *incl* verzendkosten 2 Euro.
Uniek voor Nederland (maar 1 exemplaar).
Alsof Bush de duvel ermee speelt.
R. heeft nooit problemen met mijn afwasmachine, ik vul ´m lekker vol, druk op de knop en niks. Deur nog eens open, wat dingen verzet en gezien dat de bodem vol water staat.
Filter gecontroleerd – zit niet verstopt.
Nog eens dingen verzet, dingen eruit. Druk op knop, druk op knop.
Nada.
Nu vast het glaswerk in de gootsteen in de week gezet.
Dan de kopjes.
Dan plastic. Dan etc. etc.
En wedden dat het kreng wanneer ik me mentaal heb ingesteld op ´nieuwe kopen´ opeens weer de geest krijgt en monter aan de slag gaat.
Gelukkig zijn de katten wel blij dat ik er weer ben.
Kwart voor vier en de telefoon gaat.
Knaagdierencentrum Heiloo: ik zocht een vrouwtjeskonijn?
En eigenlijk niet meer want G. heeft dat afgemeld toen Thelm dood was maar eigenlijk ook wel omdat nu Brat alleen zit.
Ik leg uit. Dat in drie weken drie konijnen dood gingen aan allemaal andere dingen en probeer duidelijk te maken dat ik mijn dieren niet verwaarloos maar ik klink behoorlijk defensief.
Het gaat nu om een konijn dat iemand kwijt wil omdat ze er geen tijd voor heeft en dat verkocht was als dwergkonijn (what else is new) en dit is het telefoonnummer.
En o ja, ze hebben ook een paartje: twee dames waarvan de 1 een probleem heeft met een oogje dus dat wordt eruit gehaald. Mogen ze dan hier komen wonen? Eh – ja.
Mn ook omdat ze ´niet lief´ zijn, niet willen knuffelen en ruimte nodig hebben.
Tijdens het gesprek denk ik: dit is een teken. Deze konijnen komen op mijn pad.
Direct erna slaat mijn hart over in gillende paniek.
Stel dat ik iets fout doe, een kwaal te laat zie, dat ze dood gaan.
Ik leef betrekkelijk zuinig in die zin dat ik de goedkoopste yoghurt koop en appelsap van het huismerk en slobberwijn ipv echt lekkere. Maar verder gooi ik in het wagentje waar ik zin in heb zonder me bij alles af te vragen of het wel een verantwoorde uitgave is en verbaas ik me bij de kassa regelmatig over hoe (hoog) de optelling uitpakt.
Nu even niet.
R. nam nl. per ongeluk mijn pinpas mee en ik kan een week lang geen geld opnemen. Na die week komt R. en krijg ik de pas terug. Tot dan moet ik ´rond komen´ met wat er aan geld in huis is. Een bedrag waarmee een bijstandsmoeder een gat in de lucht zou springen (ik ben niet zielig) maar dat gedachtenloos in het wagentje werpend er snel doorheen kan zijn.
Dus net bij de Plusmarkt me ingehouden.
En bij de kassa in gedachten opgeteld wat ik op de band had gelegd.
Ik schat 18 Euro. Misschien 20.
Het is iets minder dan 15.
Goh.
Waar ik verder mee moet oppassen is dat ik niet tegen andere auto´s op bots.
R. nam nl. ook mijn autopapieren mee.
Ik ga op reis en ontdek pas na een paar dagen deze foto op mijn digicamera.
Sammie in een doosje op m´n bureau. Aaaah.
R. aan de telefoon: doosje niet wegdoen, hoor!
Later: R. zegt dat Sammie niet meer ligt in het doosje.
Hij ligt bij Eebje op de bruine stoel beneden. Waar hij nooit zit wanneer ik er ben.
R. vult het doosje met papieren die horen bij de Winkel.
Vanochtend, ik kom terug. De katten hebben nog niet gegeten want R. sliep in het eigen huis.
Eebje komt aanlopen en ze herkent me niet zozeer maar het kan haar geen bal schelen wie er is want ze heeft honger.
Sammie zit onder het bed. Guus is ondanks de regen in de tuin.
Wanneer R. de knagers gaat voeren komt Sammie beneden, geeft mij fanatiek kopjes (en wil eten) en doet dan of de duivel binnenkomt wanneer R. er weer is. Guus vertoont zich niet, ook niet na roepen.
R. zegt: je zult zien dat wanneer je dadelijk terug komt van mij wegbrengen naar de bus hij opduikt uit de bosjes en jammerlijk gaat mauwen dat hij je zooooo heeft gemist en (impliciet) een verschrikkelijke tijd heeft gehad.
En aldus geschiedde.
En Sammie ligt ook weer in dat doosje.
Toen ik wegvloog hoorde ik dat konijn Daphne moest worden afgemaakt.
Een paar dagen later vertelde R. me dat een cavia opeens dood was. Een bruine.
Wie, vroeg ik? Annabel? Cecilia? Kopian? Roberta Alexander?
R. wist het niet (het is Annabel).
Tien dagen niets en toen was konijn Thelm dood. Binnen een uur. Iets met de ingewanden.
Vanaf dat moment is mijn vakantie niet echt leuk meer en denk ik telkens wanneer R. belt: wie is er nu dood.
Vanochtend haalt hij me op en ik zeg als opening "verder is alles goed gegaan?" maar gisteren lag een konijn in de andere ren dood. Zonder enige aanleiding. Want in die ren ook niet zo raar is omdat het oude konijnen zijn – hier gekomen voor ´een fijne oude dag´.
Het was Flo.
Ze moet een jaar of tien zijn geworden.
Haar maatje Brat (6) verdient een nieuw konijn.
Maar ik moet even niet aan nieuwe dieren en een nieuwe verantwoordelijkheid denken.
Teruggevlogen op de wieken van de Rozevingerige Dageraad

 De dames zijn uiterst levendig, maar hevig in de rui. Het zou onbeleefd zijn om ze in die staat te tonen. Daarom een oude foto van het parmantig tweetal.

En driedubbele Sam moet nog drie nachtjes slapen.

Waarom wordt ons dubbel aanbevolen om naar het knooppunt te gaan?
Â
 
De enige uit-weg is de provinciale loterij
De lezer weet dat Sam graag op de monitor mag liggen, dat heeft J. al vaak bericht.
Maar de boef heeft, kan ik nu exclusief laten zien, ook een geheime ligplaats, die hij alleen gebruikt als J. verweg in Amerika is. Hierboven vergroot en in het volle daglicht: de vakantieverhouding van Eeb en Sam.
Die stoel is J.’s zetel, als ze niet achter haar bureau zit, en daar mogen katten ook op schoot plaatsnemen. Ik zit er nooit, als ik er ben woont Eeb daar om in toenemende mate langdurig bezoek te krijgen van Sam. En Guus ligt bij voorkeur op mijn koffer en mag daar niet door de fotograag gestoord worden. En het drietal weet niet wat ik wel weet: volgende week woensdag doen ze of zich dit nooit heeft voorgedaan.Â
Â
Â
Â

Nog steeds verliefd en daarom sprakeloos.
Ze heet misschioen wel Monica of anders wel Louise. Haar zuster is rood-bruin en mag er ook wel wezen.Â
Wat zij er zelf van vindt? Niks, denk ik. En haar broer is een Woeste Stier.
Â

Het kweken van grote pompoenen is een uiterst competitieve sport. Hierboven zie je bescheiden exemplaren voor de handel (eerlijk zijn, dus doe het geld in het blikje). De echte prachtexemplaren liggen te pronken in vensterbanken en op siertafels. De winnaars staan, net als karpervissers, met hun trots in de armen, in de krant.Â
Â

Vanmorgen zag ik haar; is ze niet mooi? Zij woonr aan de Menningweerdijk.Â
Â

Nu heb ik de handleiding goed gelezen, daarom is de foto nu op de juiste grootte.