BN-er (niet) in bed
Ik noem geen namen!
Maar deze herinnering kwam vandaag bij me boven.
Met mijn destijds BFF Marianne was ik op bezoek bij een vriendin van háár: Daphne.
Daar was ook de BN-er.
Die 1 diepe wens had: met Daphne het bed delen.
Dat was ons zeer duidelijk.
Dus bleven we plakken en plakken en naarmate de BN-er ongemakkelijker ging draaien gingen we nog meer plakken tot we ein-de-lijk vertrokken.
Een uur later een telefoontje van Daphne.
Gierend van het lachen.
De BN-er had ‘m na alle frustratie door ons niet-weggaan niet meer omhoog gekregen en was met de staart tussen de beentjes afgedropen.
Goh – hoe kóm ik daar nou opeens op.
Gezinsuitbreiding
Een mailtje van de Knaagdierenopvang.
Of ik drie gedumpte caviadames een mooi leven kan bieden.
Ze wonen nu ook buiten dus hebben een wintervacht.
Ik bespreek het uitvoerig met de huidige dames én met Sally en Thomas en na wikken en uitvoerig wegen besluiten we tot ‘laat maar komen’.
Dus bel ik de Opvang, zeg dat ze welkom zijn en vraag waarom ze thuis weg moeten.
Stiekem hoop ik op iets treurigs als ‘oude vrouw of man moet naar bejaardenhuis en dieren mogen niet mee’- en dat ik die dieren dan een geweldig bestaan bied wat voor de bejaarde een goed gevoel zou kunnen geven.
Helaas.
Het is het vertrouwde ‘er keek niemand meer naar om’.
Ik spreek af dat de Opvang regelt dat de mevrouw-uit-Alkmaar ze naar Heiloo brengt en dat ik ze dan daar diezelfde dag ophaal.
Om al te veel overgangen en temperatuurwisselingen te voorkomen.
Wat ik van ze weet:
ze zijn ongeveer drie jaar oud, twee zijn gladharig en 1 is langharig.
Meer hóef ik ook niet te weten.
Chloride Cemetery, AZ
Dit nummer zing ik graag als ik in Amerika door de woestijn rijd
Het werkt!
Zat ik gisteren wat treurig te simmen wegens chaos in het hoofd en het hebben van géén puzzel.
Linda biedt puzzels, Lyda mailt: ik heb hier mooie puzzels die ik ooit van jou kreeg – wil je ze hebben.
Ja! graag!
Daarna bedenk ik: ooit kocht ik een Coca Cola-blikje (voor de handel) en daarin zaten stukjes puzzel. Ontwerp van Norman Rockwell.
Op een yard sale dus tweedehands en het is maar zeer de vraag of de puzzel compleet is.
Toch begin ik er vanmiddag aan.
Om half twee.
Om half vijf heb ik ‘m bijna af.
Nadat ik een domme fout in nb de rand heb gecorrigeerd.
Wat is dit leuk! wat wérkt dit kwa ‘al het andere verdwijnt uit je hoofd’.
In mijn beleving ben ik bezig met een puzzel van zeker 500 stukjes.
Ik tel de randen.
280.
Juist.
Fry’s in Yuma Foothills, AZ
Op zoek
Ik ben gek op legpuzzels.
Niet alleen voor het leuk maar als ideaal middel om orde te scheppen in een chaos wanneer het hoofd ándere chaos even niet aan kan.
Aan de legpuzzels kwam een eind toen Sammie in mijn leven kwam.
Omdat die er woest doorheen denderde. Zgn ‘speels’ maar kon gewoon niet uitstaan dat ik met iets anders bezig was.
Dat ging niet over toen hij kitten-af was zodat ik stopte met puzzelen.
Heel soms doe ik het nog wanneer ik in Amerika ben.
Een paar maanden geleden kocht ik op een yard sale voor 25 cent een puzzeltje van 100 stukjes.
Vanochtend heb ik het gelegd. Viel me niet mee. Ik was, merkte ik, het ‘zien’ kwijt.
De rand – ok. De felle kleuren – tuurlijk.
Maar de vorm van de stukjes. Lastig.
Maar wat een weldaad voor het hoofd.
Zodat ik denk: heb ik niet nog ergens puzzels-van-vroeger? Misschien is Sammie dit treiteren ontgroeid – ik kan het allicht proberen.
Ik weet dat ik er een hoop via R. heb weggegeven maar dat was aan iemand die kieskeurig is kwa aantal stukjes en plaatjes. Dus -denk ik- goeie kans dat er nog over zijn. Lelijke waarschijnlijk, maar daar maalt het hoofd nu niet om.
Ik haal de vlizotrap naar beneden en klim naar zolder.
Ik localiseer de hutkoffer waar ze in moeten zitten. Til daar met moeite twee loodzware dozen vanaf.
Til het deksel van de koffer op. Ja! Een puzzel! In zo’n leuke driehoekverpakking.
Ik grijp ‘m bij een punt en daar gaan over de vloer, diep in de koffer, eigenlijk overal de stukjes.
Meer puzzels zie ik niet.
Ik voel me héél zielig.
Yuma, AZ
Konijnenliefde: Otje en Jozef
Greta is weer aan de leg!
Toevallig hebben R. en ik het er gisteren nog over.
Wanneer zouden de kipjes weer gaan leggen? Zúllen ze wel weer leggen.
Aangezien de vuistregel is: leggen bij 14 uur (dag)licht. Daarom worden al die arme leghennen ook de ganse dag door harde lampen beschenen.
Bovendien hebben we geen idee hoe oud ze zijn.
Klaartje is nog aan het herstellen van de rui, amper d’r blote kontje weer begroeid.
Kam en lel nog bleek.
Greta ziet er beter uit. Maar ook nog niet 100% in de veren.
Toch kijk ik af en toe.
Een paar dagen geleden nog.
Niks.
Nu weer en: twee eieren.
Het ene (met de poep) heeft ook de typische oneffenheden, de ‘korreltjes’ van net-weer-aan-de-leg.
Het tweede ziet er al heel goed uit.
Dankjewel lieve Greta!
Kingman, AZ
Voicemail
Gistermiddag om een uur of vier hoor ik mijn mobieltje overgaan (het ligt op een andere verdieping).
Ik hol erheen, druk op het nummer dat me net heeft gebeld en dat blijkt de Biologische slager.
Mijn Nokia zegt nog steeds dat ik voicemail heb.
Ik vermoed: van de slager.
Ik druk er op en dan zegt Nokia dat ik om de voicemail te beluisteren eerst een boodschap moet inspreken.
WTF!
Ik heb er geen zin in en ik denk: het was toch de slager (denk ik) dus laat maar.
Nu zegt de Nokia (althans, dat zegt Hi!) dat hij nog steeds een voicemail-bericht voor me heeft en dat hij dat slechts 2 dagen bewaart.
Ik druk op knopjes, ik druk -kennelijk- op de verkeerde knopjes want ik kom geen stap dichter bij dat bericht.
Dus in gotsnaam dan maar: ik maak een Voicemail-boodschap.
“U hebt 1 nieuw bericht.” Met Anouk van de slager.
Okee.
Golden Valley, AZ
Donderdag de 12e
Ik ga naar de mondhygiëniste en zij is zéér tevreden.
Ik betaal contant: zestig Euro voor een half uur. En dat om de twee maanden.
Best duur eigenlijk. Maar: goed voor me.
En ze is nog aardig ook.
Ik haal bij de Biologische slager schuin er tegenover mijn bestelde boodschappen op.
Thuis ontdek ik dat de knoflooksaus er niet in zit. Baal-baal. Want die is heel erg lekker.
Terugrijden (40 minuten heen en terug) is idioot.
Opbellen: waar is m’n saus? Daar ben ik te schijterig voor.
Ik kijk op de rekening: hij kostte 76 cent. Oh well.
Eind van de middag word ik gebeld door de slager: ze hadden de knoflooksaus vergeten. Hij wordt gecrediteerd.
Mijn werkster zou me hooi en brood voor de vogels brengen.
Ze kwam niet en liet ook niets horen.
Buurvrouw L. (vandaag jarig) belt aan met 2 heerlijke bonbons.
Alleen belt ze nogal hárd en nu durft Guus al twintig minuten niet binnen te komen.
Er was méér maar sommige dingen vertel je niet en dan is het al snel: why’s my life so boring wat het inderdaad wel ietsje is maar lang niet zo erg als het lijkt.
[update: na 50 minuten komt Guus toch binnen, kijkt schichtig om zich heen maar – hij is er]
Bij een checkpoint langs de snelweg in zuid-Californië
Hackberry bij Kingman, AZ
Een vent voor m’n Bergeend
Het paartje zwanen is sinds het geknetter en geflits met oudjaar weer terug, 1 jonge zwaan ook, 1 jonge zwaan niet.
Een deel van de eenden en meerkoeten is er óók.
Sommige herken ik. Sommige die ik kén zijn er niet.
Van een grote groep heb ik geen idee of ze hier al maanden bijtanken of dat ze zich handig in de groep hebben gevoegd en nu voor het eerst langs komen.
Wat me wel opvalt: de hele winter was in de groep wilde eenden 1 bergeend.
Een vrouwtje.
Nu opeens: naast haar een tweede met een veel feller rood gekleurde snavel.
Een mannetje.
Mijn bergeend heeft dus een vent.
Ik ben haast nog blijker dan zij zelf (vermoedelijk) is.













